‘Waar ik blij van word, is dat je mensen echt ziet vooruitgaan. Je trekt vaak een tijdlang met iemand op en kunt diegene zo goed leren kennen. Van daaruit kun je hen weer zien opbloeien. Vaak zitten mensen met grote vragen als: waarin vind ik nog plezier, waarin zit mijn kwaliteit van leven? Ik denk dan mee en ondersteun hen in hun proces. Het is bijzonder om hier een rol in te mogen spelen. Op een gegeven moment merk je vaak dat mensen het leven weer wat meer aankunnen. Dat ze zeggen: nu heb ik veel meer kwaliteit van leven. Dat zijn bijzondere momenten.
Wat ik ook erg mooi vind, is dat de cliënt zelf bepaalt wat goed voor hem of haar is. Ik mag erbij zijn om dat te supporten, maar de cliënt is in de lead. Het zorgen vóór wordt zo veel meer een zorgen dát. Dat is een hele andere manier van benadering. Je kunt wel van alles van iemand overnemen, maar uiteindelijk gaat het erom dat iemand de juiste tools krijgt om het leven weer zélf vorm te kunnen geven, zoals dat bij hem of haar past.
Natuurlijk is het lang niet altijd rooskleurig en zijn er ook wel eens belemmeringen. Dan moet je ook weer met elkaar op zoek: wat is er aan de hand en welke ondersteuning heeft iemand nodig? Geen mens of situatie in dit werk is hetzelfde. Dat maakt het ontzettend interessant en uitdagend.’